Ben je nog wel body positive als je af wilt vallen?

Schrijver Carmen Felix snijdt in haar boek Je kunt het ook nooit goed doen een aantal persoonlijke en wereldse problemen aan waar zij als dertiger tegenaan wandelt. Zoals dat te dikke lichaam: ze houdt ervan, maar zou ook prima zonder kunnen. Maar help! Ben je dan nog wel body positive?! Een passage uit het hoofdstuk Vetrolmodel. 

 

Ik ben dik. Echt al jaren. Als kind vond ik mezelf al dik. Of ‘bol’, als je voor de schattige approach gaat. Maar als ik nu foto’s van mezelf als 11-jarige bekijk, denk ik alleen maar: ‘Damn Carmen, wat zag je er lekker uit voor een 11-jarige!’ Was ik me toen maar wat bewuster geweest van van m’n destijds dunne enkeltjes. Kijk, ik ben niet TLC-show-takelwagen-dik. En misschien is dat de reden dat ik er nooit echt een punt van heb gemaakt. Het beheerst m’n leven niet zo erg. Ik pas nog gewoon in bioscoop- en vliegtuigstoelen, weet m’n lieve pensje nog steeds in doorsneematen te persen en word alleen op straat uitgescholden als ik zélf ruzie zoek met de vele opgefokte sukkels in Golf GTI’s die het
Amsterdamse verkeer rijk is.
En toch krijg ik steeds vaker het gevoel dat ik een kant moet kiezen. Dik zijn is een hot topic, er ontstaan bewegingen, mensen zijn er even boos over als over de dreigende afschaffing van Sinterklaas’ vrolijke slaafje, er zijn hashtags, er verschijnen elke maand minstens 500 afvalboeken van BN’ers zonder vetrollen en zelfs bij Koffietijd zetten ze soms een ernstig gezicht op als ze naar een dikke vrouw luisteren. 

Aan de ene kant zijn daar dus de body positive strijders die van de daken schreeuwen hoeveel van ze van hun dikke, moddervette of zelfs reusachtige lichamen houden. Gewoon – omdat een reusachtig lichaam evenveel waard is als een vederlicht lichaam dat elk moment kan wegwapperen als de mistral doorzet. Ik vind dat goed – waarom zou je niet te allen tijde van je eigen lichaam houden? Fuck sporten; je hebt immers een bikinibody zodra je een bikini aantrekt? Of dat nou een maatje 36 of maat 60 is. Snap je ‘m inmiddels: elk lijf is prima. Of het nou onder de brandwonden zit, gespikkeld door de eczeem of bijna onvindbaar door de rollen en plooien is. Het is tenslotte jouw lichaam en als er iets of iemand hard z’n best doet om je over deze godvergeten wereldbol te loodsen is het je lijf wel. Een beetje dankbaarheid kan geen kwaad. 

Aan de andere kant zijn er de dokteren, schrijvers van dieetboeken, fitgirls, modellen, anonieme comments onder foto’s van die body positive meiden en goedbedoelde vragen van familieleden zonder filter. Waarom zou je in godsnaam blij zijn met een ongezond lichaam? Waarom je zou geen prioriteit maken van op een gezond gewicht
komen? Waarom wil je schurende dijen? Waarom vind je het oké om als een net klaargekomen dokwerker te hijgen na het tochtje van de bank naar de koelkast? En bovenal, waarom zou je obesitas ‘promoten’ door te zeggen dat iedereen blij moet zijn met een lichaam dat tientallen kilo’s zwaarder is dan de natuur het bedoeld heeft? 

Hoewel dit standpunt soms zó zuur en onaardig wordt verkondigd, dat je spontaan zin krijgt om te stikken in een schaal minifrikandellen, ben ik het hier óók wel mee eens. Je wil toch altijd het best haalbare voor jezelf, waarom dan niet ook voor dat bolle rompje van je? Maar als je dat zegt, dan zit je vol zelfhaat volgens de body positivity beweging. Het is namelijk een misdaad tegen de mensheid om je te dikke lichaam ongezond of lelijk te noemen. Ook al voelt het soms als een bolderkar vol haardhoutblokken die je meezeult als je een trap op loopt en waren er vroeger vast geen oervrouwen met bovenbenen zo vlezig als de mijne. Het is écht nooit goed. Maar dat geldt ook voor de andere kant. De mensen die altijd maar commentaar hebben op dikke mensen. Hun oordeel klaar hebben over onze gezondheid, wat we eten, hoe zelden we sporten. En áls we dan sporten, dan kan je hun blikken voelen branden. Is het dan nog niet goed?

Ik wil het allebei: tevreden zijn met m’n lichaam maar uiteindelijk – als ik de kracht heb gevonden, geen idee waar ze is, heb d’r al jaren niet gezien – toch een paar kilo’s lichter worden. Jammer dat daar dan dingen als discipline, minder vreten, meer bewegen, minder klagen, meer doorzetten en wilskracht bij komen kijken. Maar misschien lukt het wel. Ooit. Misschien begin ik morgen wel weer met een nieuwe poging.

Het gezondheidskamp zou tevreden met me zijn. Ik ben tenslotte bereid te werken, ook al gaat het moeizaam, langzaam en duurt het langer dan ze willen. Ik ambieer twee keer per week te sporten, maar met moeite kom ik heel soms aan die één keer per maand. Ik probeer zo gezond mogelijk te eten, maar die vergeten groenten en oergranen spoel ik dan wel weer weg met witte wijn, goedkoop bier of cocktails met zielige namen als Liquid Cocaine en Het Blikje Chocolademelk Bij Mijn Haring.

Ik wil alles: ik wil graag kilo’s lichter worden en kunnen rennen zonder steken in m’n romp. Maar ook van m’n lichaam houden zoals het is. Ik wil m’n lijf alleen niet verdoemen tot een spandoek met levensgroot ‘EMBRACE YOUR CURVES!’ erop. Natuurlijk embrace ik m’n fucking curves, elke ochtend als ik opsta en naar de wc sluip voor die luide ochtendplas. En als ik me aankleed, de kattenharen van m’n kleding rol en gelukzalig op de bank neervlij. Ik embrace m’n curves elke fucking dag, de hele dag. En toch bekruipt me soms het zeurderige gevoel dat ik dit niet genoeg uitstraal. Ik vind dat je blij moet zijn met welk lichaam dan ook en geen enkel lichaam is goor. Dus de body positivity beweging op Instagram vind ik goed, echt. En toch wringt er iets. Want, hoewel je altijd blij moet zijn met het lichaam waarin je geboren bent, moet er toch ruimte zijn voor
verbetering, althans: als je daar zelf behoefte aan hebt. We zijn niet allemaal moeders mooiste, en er zijn altijd veranderingen denkbaar die je  lichaam, leven of hoofd ten goede komen. Je kan wel honderd keer tegen iemand zeggen “je bent prachtig zoals je bent”, maar als diegene zelf nog wat puntjes zou willen aanpakken, dan moet dat mogen. En voor mijn gevoel helpt zo’n complimentenstroom onder een foto, onder het mom van ‘everyone is beautiful’ dan echt geen millimeter.

Wat wel helpt: bepaal lekker helemaal zelf of je jezelf mooi of mwah vindt, of je nog wat aan jezelf wil tweaken, of je van de daken wilt schreeuwen hoe blij je bent met je lijf of dat je gewoon liever over andere dingen praat. Als je maar handelt op een manier die jou aanstaat. Uiteindelijk ben je zelf de enige die met dit lichaam door het leven moet.

 

Je kunt het ook nooit goed doen € 20,99
ISBN
9789000370757

 

 


Tekst Carmen Felix